Henk kende elk onderdeel van de lijn, wist uit zijn hoofd waar de kwetsbaarheden zaten en kon in één oogopslag zien of een storing tijdelijk was of terug zou komen. Bij audits was hij degene die de antwoorden had. In het MT de enige die echt kon duiden wat onderhoud betekende voor rendement, voor veiligheid, voor continuïteit. En toen zei Henk: ik stop ermee.
De reactie was logisch. Eindelijk pensioen.
Gefeliciteerd. Dankjewel.
Goed moment.
En daarna werd het stil.
Er komt vast iemand.
Een opvolger.
Een interimmer.
Iets.
Toch?
Maar ineens is het pijnlijk zichtbaar geworden
hoeveel er afhankelijk was van één persoon.
Van kennis die nergens staat.
Van beslissingen die hij al nam voordat iemand de vraag stelde.
Van processen die op vertrouwen draaiden in plaats van structuur.
En dan is de echte vraag niet:
hoe gaan we hem vervangen?
De vraag is:
Wat zegt het over onze organisatie dat zijn vertrek voelt als een risico?
Désirée